h

Wantrouwen in politieke elite terecht

27 april 2008

Wantrouwen in politieke elite terecht

Na het Fitna-debat volgden verbaasde reacties op het wantrouwen richting regering dat sprak uit een aantal peilingen. Niet dat wantrouwen is het echte probleem, maar de (on)geloofwaardigheid van de politieke elite. Een deel van de bevolking wil stemmen op een kandidate zonder programma. Anderen geloven eerder Geert Wilders dan twee ministers, als het gaat om de reconstructie van een bijeenkomst.

Veel politici konden het moeilijk plaatsen en ook commentatoren wisten er amper raad mee. “Het beste argument tegen democratie is een gesprek van 5 minuten met de gemiddelde kiezer,” zei Winston Churchill eens. Dit idee lijkt sinds de opkomst van Fortuyn en de opmars van de SP aan populariteit te winnen. In toenemende mate wordt de schuld van de verstoorde verhouding tussen burger en bestuurder op het bordje van de bevolking gelegd. Daar staat tegenover de gemene deler in de klachten vanuit die bevolking: ze beloven in Den Haag van alles, maar maken er een potje van en zorgen vooral goed voor elkaar en zichzelf. Dit is geen ‘beeld’ dat is ontstaan omdat een stel politieke oproerkraaiers de mensen manipuleert. Het is een werkelijkheid die mensen ervaren.

U kunt HIER het volledige artikel van Jan Marijnissen lezen dat op 23 april in de Volkskrant stond.

U bent hier